Nadere regels jongerenwerk

Inleiding

De gemeente Uithoorn wil dat het jongerenwerk in de gemeente beter aansluit op de huidige tijdgeest en de beschikbare financiële kaders. Dat betekent dat het aanbod gericht is op de behoeften van jongeren. De behoeften van jongeren zijn veranderd, de vindplaatsen zijn niet meer hetzelfde en de benaderingswijze is daarmee ook veranderd. Wat houdt ‘Jong zijn in Uithoorn en De Kwakel’ nu in en wat hebben onze jongeren daarbij nodig?

Zo gaan we onder andere in op de behoefte aan positieve rolmodellen en aandacht voor weerbaarheid, talentontwikkeling, kansengelijkheid en collectiviteit. Jongerenwerkers hebben een belangrijke signalerende functie, daarom is nauwe samenwerking met partners in de gemeente van belang. We gaan de inrichting en effectiviteit van het jongerenwerk herzien en de partners in de gemeente hierbij betrekken. Ouderbetrokkenheid, collectief aanbod, preventie, schooljongerenwerk, meidenwerk en online jongerenwerk staan hierbij centraal.

Aanleiding

De gemeente heeft nadere regels opgesteld voor het Uithoorns jongerenwerk waarin bestaand jeugdbeleid vanuit diverse domeinen is samengevat ten behoeve van de subsidie voor het jongerenwerk. Zo wil de gemeente de verbinding tussen zorg, welzijn en veiligheid beter borgen. Maar ook de verbinding met onderwijs, arbeidsmarkt, sport en wijkgericht werken. We streven naar betere ketensamenwerking.

Daarnaast willen we meer ‘vindplaatsgericht werken’, zoals op school, online en in de wijk, waarbij we oog houden voor de uiteenlopende behoeften per wijk. We streven naar een meer samenhangend aanbod om versnippering te voorkomen. De gemeente wil een dekkend aanbod op verschillende preventieniveaus. Daarnaast willen we samenwerking stimuleren en flexibiliteit in de inzet borgen. Deze nadere regels liggen in de lijn van het koersplan, de Uithoornse sociale basis, het Integraal Veiligheidsbeleid 2023-2026 en het ontwikkelmanifest ‘Veilig, gezond en kansrijk opgroeien’.

Heldere opdracht

Het jongerenwerk in Uithoorn en De Kwakel wordt momenteel door twee organisaties uitgevoerd. Beide organisaties hebben hun eigen specialisaties. De huidige subsidies zijn hierop ingesteld. Hierdoor werkt het jongerenwerk niet optimaal preventief en leiden signalen niet altijd tot de ondersteuning vanuit de zorg- en veiligheidsketen. 

Door meer cohesie aan te brengen in de opdracht en hiervoor één partij te subsidiëren, streven we naar betere ondersteuning en meer synergie in het lokale netwerk van de gemeente. Door het samenvoegen tot één subsidie voor één partij wordt de inzet van meidenwerk, schooljongerenwerk en een aanpak om nieuwe aanwas in de criminaliteit te voorkomen, geborgd. 
Met deze subsidieregel wordt een stap gezet richting een proces van subsidiering van het collectieve jongerenwerk in 2025.

Taken van het jongerenwerk

Drie kerntaken jongerenwerk 

Jongerenwerk is een voorziening in de formele sociale basis. Het omvat diverse facetten, waardoor het essentieel is om de positie ervan scherp te hebben. Voor jongeren is het essentieel om zich veilig te voelen, gezond op te groeien en kansengelijkheid te ervaren om talenten te ontwikkelen. Hoewel opgroeien voor de meeste jongeren soepel en vanzelfsprekend gaat, is er voor sommigen ondersteuning nodig.

Wetenschappelijk onderzoek beschrijft jongerenwerk als een laagdrempelige formele sociale basisvoorziening die jongeren begeleidt bij het volwassen worden in de samenleving, met aandacht voor hun brede, positieve en langdurige ontwikkeling. In Uithoorn zien we het jongerenwerk als een cruciale basisvoorziening voor de begeleiding van jongeren tussen de 10 en 23 jaar die steun nodig hebben bij het volwassen worden.

Het jongerenwerk in Uithoorn speelt een belangrijke rol in signalering en preventie en vormt een essentiële schakel in het kansrijk, gezond en veilig opgroeien en volwassen worden. We onderscheiden drie kerntaken:

  • Jongerenwerkers begeleiden jongeren naar volwassenheid en actief burgerschap en bieden mogelijkheden voor een positief en reëel toekomstperspectief, zoals stage, werk of opleiding. Jongeren ontwikkelen zich zowel persoonlijk als sociaal. Indien nodig behartigen jongerenwerkers belangen van jongeren en geven ze grenzen aan.
  • Jongerenwerk draagt bij aan het verstevigen van het pedagogisch klimaat en de sociale cohesie in de gemeente. Door de inzet van jongerenwerk neemt de kans toe dat jongeren zich inzetten voor hun omgeving en vergroot de ouderbetrokkenheid. Door collectieve preventie ondersteund het jongerenwerk bij het voorkomen van problematiek. 
  • Jongerenwerk heeft een preventieve functie. Het draagt bij aan het voorkomen van criminaliteit, radicalisering en schooluitval. Jongerenwerkers pakken de ondersteuningsvraag van jongeren op een laagdrempelige manier op, waardoor zorg niet altijd noodzakelijk is. Ook biedt jongerenwerk de mogelijkheid tot afschaling van hulp en het normaliseren van (lichte) problematiek.

Het jongerenwerk speelt in op de ontwikkelbehoefte van jongeren door:

  • Het bereiken van jongeren die door risicofactoren grotere kans hebben op een minder positieve ontwikkeling.
  • Het (vroegtijdig) signaleren van risicogedrag bij jongeren en hen in beeld te houden.
  • Het opbouwen/onderhouden van duurzame relatie met deze jongeren en hun systeem.
  • Het bijdragen aan een positief opgroeiklimaat van deze jongeren in hun ontwikkelingsproces. Focus ligt daarbij op het doorbreken van negatieve systemen en het bieden van positieve rolmodellen.
  • Het weerbaar maken van risicojongeren tegen de verleiding van criminaliteit en geweld. Hiermee het voorkomen van jonge aanwas. 
  • Door het aanreiken van alternatieve vrijetijdsbesteding en toekomstperspectief.
  • Het vergroten van de binding van jongeren met de samenleving door jongeren te betrekken bij hun wijk en samen met hen activiteiten op te zetten.
  • Het signaleren van individuele problemen en deze adequaat aanpakken. Jongeren met multi-problematiek ondersteunen bij toeleiding naar de diverse instanties en er waar nodig naast blijven staan of warm over te dragen.
  • Het, samen met ketenpartners uit veiligheidsdomein, voorkomen van overlast op straat.
  • Daar waar nodig normerend op te treden door jongeren aan te spreken en te begrenzen.

Doelgroep 

Judith Metz schrijft dat het jongerenwerk zich richt op jongeren die steun nodig hebben bij het volwassen worden in de samenleving. Het is bedoeld voor alle jongeren, met onderscheid tussen jongeren bij wie het goed gaat, jongeren met lichte of beginnende problemen en jongeren met zware of meervoudige problemen. De doelgroep wordt afgebakend tot jongeren van 10 tot 23 jaar. Het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) geeft een doelgroep van 12 tot 23 jaar aan, maar gezien we in Uithoorn extra aandacht hebben voor ouderbetrokkenheid en een doorlopende lijn zetten wij in vanaf 10 jaar. Hiermee wordt het bereik in groepen 7 en 8 op basisscholen vergroot. 

De doelgroep van het jongerenwerk in Uithoorn heeft een focus op jongeren in een kwetsbare positie. Hoewel er een grote groep kwetsbare jongeren is, streven we naar zowel echt preventieve inzet als inzet op zwaardere problematiek. We volgen de doelgroep categorisering van het NJI waarbij de zwaarte van de inzet gaat naar categorie 2 en 3:

  1. Jongeren waarmee het goed gaat, groeien op in een gezonde, veilige en kansrijke omgeving en hebben steun nodig bij het volwassen worden.
  2. Jongeren met lichte problematiek ervaren beginnende of lichte problemen op één of meer leefgebieden.
  3. Jongeren met zwaardere problematiek ervaren significante problemen op één of meer leefgebieden, zoals dak- en thuisloosheid, een licht verstandelijke beperking of voortijdig schoolverlaten.

Het jongerenwerk richt zich op:

  • Algemene preventie voor de brede doelgroep (collectief);
  • Het bereiken van jongeren die door risicofactoren kans hebben op een minder positieve ontwikkeling;
  • Het waar nodig langdurig volgen en in beeld houden van deze jongeren;
  • Het waar nodig begrenzen en normeren van deze jongeren;
  • Het helpen van deze jongeren bij een positieve ontwikkeling;
  • Daarnaast hebben ze extra aandacht voor kwetsbare meiden

Met een extra taakaccent voor het specialistisch/plus jongerenwerk:

•    Het voorkomen van (zwaar)overlast gevend en/of crimineel gedrag;
•    Het bieden van perspectief aan risicojongeren en jonge aanwas.

Positie van het jongerenwerk 

In onderstaand voorbeeld wordt de positie van het jongerenwerk in Uithoorn en De Kwakel besproken aan de hand van een pyramidevorm. Er wordt hierbij uitgegaan van een partij die het jongerenwerk uitvoert die binnen het team een specialistisch/plus jongerenwerker heeft. 

De onderste laag van de Pyramide bestaat uit de informele sociale basis. De sociale basis delen we op in de informele sociale basis (alle informele (wijk) netwerken, individuele netwerken, vrijwilligers en informele organisaties) en de tweede laag die bestaat uit de formele sociale basis (alle formele plaatsen en organisaties die zich bezighouden met preventie en niet-geïndiceerde zorg).

De informele basis zijn alle informele netwerken rondom jongeren. Het jongerenwerk heeft hierin een belangrijke rol om deze netwerken te versterken. Inzet op ouderbetrokkenheid, steun van het directe netwerk, lotgenoten contact en de pedagogische vaardigheden van een wijk of buurt. Het informele netwerk kan breed gezien worden. Hierin zit bijvoorbeeld een oom of buurvrouw die veel kan beteken voor een jongeren, maar ook een leraar of coach. Er wordt binnen de opdracht van het jongerenwerk uitgegaan van het principe dat de ouders/verzorgers de eerste verantwoordelijke zijn voor hun kinderen zoals aangegeven in de ontwikkelvisie jeugd van de gemeente Uithoorn. 

Maatschappelijke effecten

De gemeente Uithoorn wil met de subsidiering van partners maatschappelijke effecten bereiken voor haar inwoners. Deze maatschappelijke effecten zijn opgenomen in het college uitvoeringsprogramma en dragen bij aan een aantrekkelijke leefgemeenschap met ruim en groen wonen en grootstedelijke voorzieningen binnen handbereik. Uithoorn biedt het beste van twee werelden.

Specifiek voor het jongerenwerk zijn hiervoor de volgende maatschappelijke effecten waar een bijdrage aan geleverd moet worden:

  • Kinderen en jongeren krijgen volop kansen waarmee zij hun talenten kunnen ontdekken en ontwikkelen
  • Jeugd krijgt passende zorg en voorzieningen geboden om gezond op te kunnen groeien
  • Kinderen en jongeren groeien veilig en zoveel mogelijk in hun eigen omgeving op
  • Jongeren nemen naar vermogen deel aan het arbeidsproces
  • Jongeren en hun verzorgers zijn optimaal zelfredzaam
  • De sociale samenhang in Uithoorn is sterk

Kernprincipes en gewenste resultaten

Voor de subsidie van het jongerenwerk zijn er naast de maatschappelijke effecten 6 kernprincipes opgesteld waar vanuit het jongerenwerk de dienstverlening aanbiedt. Deze kernprincipes zijn onderliggend bij de uitvoer van de verschillende taken van het jongerenwerk. 

Mensgericht

Bij elke jongeren moet er uitgegaan worden van wat er wel kan. Risicofactoren moeten tegengegaan worden met beschermende factoren. De mens (jongere) en zijn omgeving staat centraal. 

Dit betekent:

  • Jongerenwerkers zijn op de hoogte van risico en beschermende factoren
  • Ambulant werken om jongeren positief te stimuleren: Dit gebeurt op straat, online en op school. Dit kan onder andere door middel van voorlichting, positieve rolmodellen en zichtbaarheid daar waar de jongeren zijn.
  • Begeleiding van jongeren die dat nodig hebben: Het stimuleren van persoonlijke ontwikkeling door begeleiding waar kan in groepsverband waar nodig individueel, gecombineerd met activiteiten. Ondersteuning bij lichte problematiek en (warm) doorverwijzen waar nodig.
  • Ontwikkelen van nieuw collectief aanbod: Waar nodig, gebaseerd op de behoeften van de doelgroep en in samenwerking met partners uit de gemeente.
  • Intensieve begeleiding voor multi-problem en risicojongeren: Voorkomen van maatschappelijke uitval of afglijden naar criminaliteit.

Present werken

Het jongerenwerk is aanwezig op straat, school, en online, op momenten die voor jongeren belangrijk zijn. Vindplaatsgericht werken staat centraal, zowel offline als online. Niet alleen van 9:00 tot 17:00 maar ook in de avond en in het weekend. 

Dit betekent:

  • Jongerenwerkers in Uithoorn en De Kwakel weten díe jongeren die hun ondersteuning nodig hebben te bereiken: Zowel online als offline, op school, op straat of thuis, en op momenten waarop de jongeren openstaan voor contact.
  • Jongerenwerkers die contact kunnen maken met ook díe jongeren die enigszins met hun rug naar de samenleving staan: En die hun vertrouwen in instanties hebben verloren.
  • Jongerenwerkers weten hoe ze kunnen schakelen tussen niveaus en jongeren hierin meenemen. 

Leefwereld van de jongeren centraal 

Jongerenwerk is cultuursensitief en sluit aan bij wat er onder jongeren leeft. Het gaat niet om straattaal spreken, maar om vertrouwensrelaties en voorbeeldfuncties. De jongeren moeten uitgedaagd worden te levelen met de jongerenwerkers. Niet andersom. Kennis van (online) trends is belangrijk, en het jongerenwerk adviseert gemeente en ketenpartners.

Dit betekent:

  • Jongerenwerkers die contact kunnen maken met jongeren door aan te sluiten op de leefwereld van jongeren:
  • Hen weerbaar maken tegen negatief gedrag en criminaliteit door middel van kennis en informatie, voorlichting en coaching.
  • Hen helpen hun talenten te gebruiken.
  • Hen ondersteunen om op hun beurt een positieve invloed op hun vrienden te hebben.
  • Jongerenwerkers die hun ketenpartners (gemeente, veiligheid), ouders en scholen adviseren over de leefwereld van jongeren en hoe daaropaan te sluiten.

Systeemgericht werken

Het jongerenwerk richt zich niet alleen op de jongere, maar ook op diens omgeving. Het doorbreken van negatieve systemen en bieden van positieve alternatieven draagt bij aan duurzame gedragsverandering. Wat collectief kan, wordt collectief opgepakt. Zo verbindt het jongerenwerk jongeren met gelijksoortige vragen.

Dit betekent:

  • Jongerenwerkers in Uithoorn en De Kwakel die bij jongeren die zij begeleiden goed in beeld brengen hoe hun omgeving eruitziet, en deze erbij betrekken.
  • Jongerenwerkers die ook oog hebben voor jongere broertjes en zusjes en hen waar nodig doorgeleiden naar passend aanbod.
  • Jongerenwerkers die zien waar aanvullend aanbod voor ouders nodig is om jongeren verder te helpen.
  • Jongerenwerkers die de mogelijkheid om ouders en verzorgers te betrekken bij de ondersteuning van jongeren altijd meenemen in de uitvraag.

Samen 

Jongerenwerkers werken vanuit het netwerk: wat kunnen andere partijen betekenen en wat kan het jongerenwerk bijdragen? Het netwerk in Uithoorn en De Kwakel en de partijen rondom de jongere worden optimaal benut.

Dit betekent:

  • Jongerenwerk zoekt de samenwerking proactief op en onderhoudt het bestaande netwerk. Waar nodig worden nieuwe netwerkverbanden gelegd.
  • Het jongerenwerk pakt hulp- en ondersteuningsvragen van jongeren zelf op wanneer het kortdurende en laagdrempelige hulp betreft. Bij zwaardere (multi-problem) zorgbehoefte wordt de jongere (door)verwezen naar ketenpartners zoals het sociaal loket, sociaal team of andere aanbieders in het sociaal domein.
  • Actieve aanwezigheid bij overleggen zoals jeugdoverleg, kwetsbare meiden overleg en andere overleggen waarbij het jongerenwerk een belangrijke rol speelt. 

Grenzen stellen en kansen bieden 

Jongerenwerk draagt bij aan identiteitsvorming en morele ontwikkeling. Jongerenwerkers bieden kaders en werken samen met veiligheidspartners voor een groepsaanpak waar nodig. Veiligheid en preventie trekken samen op als het gaat om zorgen en signalen rondom jongeren. 

Jongerenwerkers fungeren als rolmodellen voor de jeugd van Uithoorn en De Kwakel. Zij geven het goede voorbeeld en werken normerend. Zo ontstaat vertrouwen, (h)erkenning en steun bij het opgroeien. Dit stimuleert de (vroeg)signalering en een positieve ondersteuning van jongeren en hun omgeving.

Dit betekent:

  • Het jongerenwerk werkt samen met alle partijen aan preventie, eventuele toeleiding naar hulp en het tegengaan van overlast gevend en/of crimineel gedrag.
  • Helderheid over taakafbakening, rol en doelstellingen dient besproken te worden met ketenpartners. De gemeente heeft een coördinerende rol in het samenbrengen van de partners uit de diverse domeinen. Elke samenwerkingspartner heeft een eigen rol in het proces binnen de aanpak van risicojongeren.
  • Het signaleren van risicogedrag en het voorkomen van overgang naar overlast en criminaliteit is een belangrijke taak. Het jongerenwerk dient in staat te zijn om vroegtijdig signalen van risicogedrag waar te nemen en te duiden. We verwachten daarbij dat jongerenwerkers jongeren proactief benaderen en contact weten te leggen met de doelgroep.
  • We verwachten van iedere jongerenwerker dat hij signalen deelt met de betrokken ketenpartners en bespreekt in relevant ketenoverleg.

Scope van de opdracht

Het jongerenwerk is een breed werkveld met een net zo brede doelgroep en doelstellingen. De opdracht in Uithoorn heeft beperkte middelen en moet aansluiten op de maatschappelijke effecten die de gemeente nastreeft. De gemeente Uithoorn is zich bewust dat er keuzes gemaakt moeten worden in de doelgroep, doelstellingen en inzet. Door de grootte van de opdracht is effectief jongerenwerk en een scherpe bedrijfsvoering des te belangrijker. Een mix van MBO- en HBO-geschoold personeel met een achtergrond in sociaal work, het zwaartepunt van de inzet in de drie wijken met de grootste risicofactoren en een afgebakende doelgroep moeten hierbij helpen. 
De subsidie wordt verleend met de intentie voor 3 jaar met een jaarlijkse evaluatie en aanvraag 1 jaar, waarbij er toegewerkt wordt naar een langdurige subsidierelatie.

Omvang

De opdracht richt zich op jongeren in Uithoorn en De Kwakel tussen de 10 en 23 jaar. Dit betreft niet alleen jongeren die woonachtig zijn in Uithoorn, aangezien er veel jongeren uit de regio hier naar school gaan of hun vrije tijd besteden. Momenteel wonen er ongeveer 3.300 kinderen en jongeren van 10 t/m 23 jaar in Uithoorn. Voor deze integrale opdracht is een budget ter hoogte van € 413.187,- beschikbaar.

Wij verwachten dat de aanbieder hier minimaal 3,5 FTE voor kan leveren. De verdeling van de FTE-inzet per activiteit of doelgroep wordt door de subsidiepartner zelf bepaald. Hier moet minimaal worden voldaan aan inzet op: ambulant jongerenwerk op straat, op school en online, groepsaanbod en coaching-trajecten. Collectief waar passend en individueel waar nodig. Er is binnen de opdracht een jongerenwerker (plus/specialistisch) die als aandachtsgebied individuele begeleiding en veiligheid heeft. Door middel van cofinanciering en aanspraken van incidentele middelen willen we deze basisopdracht uitbreiden op specifieke aandachtsgebieden. Mogelijke aanvulling op specifieke onderdelen valt buiten de scope van deze opdracht

Doelgroep afbakening 

Het jongerenwerk houdt zich bezig met de begeleiding van jongeren die steun nodig hebben bij het volwassen worden. Het jongerenwerk is er in de harde definitie voor alle jongeren tussen de 10 en 23 jaar. Zoals onder Taken van het jongerenwerk, Doelgroep, al werd beschreven, ligt de focus van de opdracht op jongeren met beginnende problematiek en risicogedrag. In Uithoorn is er een diverse groep jongeren en we willen waken voor een goede balans. Daarom wordt de focus aangebracht op de doelgroep en knippen we deze op in drie categorieën: jongeren met wie het goed gaat, jongeren met lichte of beginnende problemen en jongeren met zware of meervoudige problemen. Per categorie wordt een leeftijdscategorie en focus weergegeven. Overstijgend is er extra aandacht voor kwetsbare meiden en jonge aanwas.

  1. Jongeren waarmee het goed gaat: Deze jongeren groeien op in een gezonde, veilige en kansrijke omgeving. Ze ervaren geen grote problemen, maar hebben wel steun nodig bij het volwassen worden. Deze doelgroep tussen de 10 en 18 jaar valt grotendeels buiten de scope van het jongerenwerk. Voor deze doelgroep kan namelijk gebruik worden gemaakt van het regulier aanbod in Uithoorn, zoals het sport en cultuuraanbod of (semi-) commercieel aanbod. Wel wordt deze doelgroep gezien door het ambulante jongerenwerk in de wijken, op school en tijdens collectieve activiteiten.
  2. Jongeren met beginnende problematiek en risicogedrag: Deze jongeren ervaren beginnende of lichte problemen op één of meerdere leefgebieden, zoals op school, thuis of in het sociale netwerk. Dit is de doelgroep waar het jongerenwerk de grootste impact op heeft, met name in de leeftijdscategorie 10 t/m 16 jaar. Het doel is voorkomen van jeugdcriminaliteit, voortijdig schoolverlaten, overlast of maatschappelijke uitval en het voorkomen van zwaardere zorg en ondersteuning, Deze doelgroep is dan ook de focus van deze opdracht. We hanteren geen strikte leeftijdsgrens, maar geven mee dat er op latere leeftijd minder sprake is van preventie; hoe vroeger hoe beter is het uitgangspunt.
  3. Jongeren met zwaardere problematiek: Deze jongeren ervaren vaak al significante problemen op één of meerdere leefgebieden. Dit zijn bijvoorbeeld ex-gedetineerde, dak- en thuisloze jongeren, jongeren met een licht verstandelijke beperking of voortijdig schoolverlaters. Deze jongeren zijn vaak al wat ouder (16-23) en hebben vaak al (negatieve) ervaringen met instanties en hebben nog niet de hulp die ze nodig hebben. Intensieve begeleiding van deze doelgroep valt buiten de scope van deze opdracht; toeleiding naar de juiste hulp staat centraal. De jongerenwerker kan naast de jongere blijven staan in de zoektocht naar de juiste hulp of instanties, maar neemt geen zorgtaken over. Voor schulden of uitkering kan naar het sociaal loket worden verwezen, voor schooluitval en startkwalificatie naar Leerplicht en voor zorg of behandeling naar het sociaalteam. Vanuit jeugdreclassering en het veiligheidshuis kan de persoonsgerichte aanpak worden ingezet. Inzet op deze doelgroep is van tijdelijke aard en is geen belemmering voor de inzet op de focusgroep.

Aandachtsgebieden

De gemeente Uithoorn en haar partners zien in bepaalde wijken een opeenstapeling van problemen en risicofactoren. De wijken Thamerdal, Zijdelwaard en Legmeer in Uithoorn zijn de drie wijken waarvoor nu het zwaartepunt van de inzet moet liggen. Deze wijken vragen om een integrale aanpak. Het jongerenwerk heeft een belangrijke rol in deze wijken. Zij signaleren, bieden preventieve ondersteuning en kennen de jongeren en partners in de wijk. 

Om jongerenwerk te bieden daar waar en wanneer de jongeren er zijn, is flexibele inzetbaarheid nodig. Wij verwachten van het jongerenwerk geen 9-tot-5-mentaliteit, maar juist bereikbaarheid in de avonden, weekenden en bijzondere periodes zoals zomervakantie, feestdagen en evenementen. Met het oog op het begrenzen van overlast zijn de periodes rond Oud en Nieuw en de zomermaanden of Ramadan van extra belang. Er wordt rond deze periodes met de gemeente afgestemd welke focusgroepen in beeld zijn en welke actie hierop nodig is: contact houden, begrenzen of steviger ingrijpen. Deze aanpak vraagt flexibele inzet vanuit het jongerenwerk, waarbij anders moet worden omgegaan met de inzet van diensturen.

Verantwoording en monitoring

Om de impact van het jongerenwerk inzichtelijk te kunnen maken vragen we onze subsidiepartners prestatie indicatoren bij te houden. Het Jaarplan dat ingeleverd wordt bij de aanvraag van de subsidie bevat de prestatie indicatoren waarop de aanbieder monitort. De effectiviteit en meetbaarheid van de prestatie indicatoren zijn onderdeel van de subsidieverstrekking. Naast de inhoudelijke, cijfermatige rapportage vragen we in het kader van het “koersplan 2020 – 2023” om ook op een vertellende wijze te rapporteren. 

Elk kwartaal is er een kwartaaloverleg met de accounthouder, waarbij in het halfjaar en jaargesprek een cijfermatige rapportage wordt aangeleverd waarin aangegeven wordt hoe het jongerenwerk heeft bijgedragen aan de maatschappelijk effecten en de prestatie indicatoren. 
In het begin zal er twee maandelijks een uitvoerende afstemming zijn tussen de gemeente en het jongerenwerk om de opstart te ondersteunen en belemmeringen weg te nemen. Hieronder is het in een schema weergegeven:

1.    Kwartaal gesprekken accounthouder (elke drie maanden)

  • Voortgangsgesprekken met accounthouder gemeente 
  • Bespreken van prestaties en inzet 
  • Bespreken van actuele ontwikkelingen
  • 2 x per jaar een effectmeting (half jaar en jaargesprek) 

2.   Inhoudelijk overleg (elke twee maanden) 

  • Inhoudelijke afstemming
  • Signalen delen en belemmeringen bespreken
  • Richtinggevende gesprekken voor de opdracht

Kwantitatieve Prestatie-indicatoren

1.    Aantal Bereikte Jongeren

  • Het aantal jongeren tussen de 10 en 23 jaar dat bereikt wordt door het jongerenwerk (opgesplitst naar leeftijdsgroepen).

2.    Deelname aan Activiteiten

  • Het aantal jongeren dat deelneemt aan de georganiseerde activiteiten (bijvoorbeeld sport, educatieve workshops, culturele evenementen) en welke vervolgstappen zijn gezet met gesignaleerde jongeren binnen de activiteiten. 

3.    Aantal Begeleidingsgesprekken

  • Het aantal individuele of groepsbegeleidingsgesprekken dat is gevoerd met jongeren.

4.    Aantal Doorverwijzingen

  • Het aantal jongeren dat succesvol is doorverwezen naar andere hulporganisaties, zoals jeugdzorg, onderwijsinstellingen of werkgelegenheidsprogramma’s. (Gesplitst per partner/aanbieder)

5.    Frequentie en Bereikbaarheid

  • Het aantal uren per week dat jongerenwerkers beschikbaar en bereikbaar zijn voor jongeren (inclusief avonden en weekenden).

6.    Incidenten en Overlast

  • Het aantal incidenten en klachten in de wijken waar het jongerenwerk actief op heeft ingezet.

Kwalitatieve Prestatie-indicatoren

1.    Tevredenheid van jongeren

  • De mate van tevredenheid onder jongeren over de begeleiding en activiteiten, gemeten via enquêtes of interviews.
  • Ondersteunen bij het zelf organiseren van activiteiten
  • Kijken naar wat iemand wel kan in plaats van naar de beperking

2.    Vertrouwen in instanties

  • De mate waarin jongeren vertrouwen hebben in hulpverleningsinstanties na contact met het jongerenwerk.

3.    Ouders en verzorgers tevredenheid

  • De tevredenheid van ouders en verzorgers over de ondersteuning en begeleiding van hun kinderen door het jongerenwerk.
  • Verhogen van positieve betrokkenheid van ouders en sociale omgeving

4.    Samenwerking met ketenpartners

  • De effectiviteit en tevredenheid van de samenwerking tussen het jongerenwerk en ketenpartners, zoals scholen, wijkteams en jeugdzorg.

5.    Versterken sociale cohesie in de wijk

  • Versterken van de sociale cohesie in de wijk
  • Bereik en inzet van positieve rolmodellen

Resultaatgerichte Prestatie-indicatoren

1.    Schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten

  • Het aantal jongeren dat minder schoolverzuim vertoont of dat succesvol terugkeert naar school na interventie van het jongerenwerk.

2.    Werkgelegenheid en opleiding

  • Het aantal jongeren dat een opleiding afrondt of een baan vindt na ondersteuning door het jongerenwerk.

3.    Reductie van jeugdcriminaliteit

  • Het aantal jongeren dat na interventie van het jongerenwerk niet meer betrokken is bij criminele activiteiten.

4.    Zelfredzaamheid en vaardigheden

  • De toename in zelfredzaamheid en sociale vaardigheden van jongeren, gemeten via zelfbeoordelingen en evaluaties door jongerenwerkers.

Procesindicatoren

1.    Beschikbaarheid van activiteiten

  • Het aantal en de diversiteit van de aangeboden activiteiten en programma's.

2.    Training en professionalisering van jongerenwerkers

  • Het aantal trainingen en professionele ontwikkelingsmogelijkheden die jongerenwerkers volgen om hun vaardigheden te verbeteren.

3.    Communicatie en outreachend

  • De effectiviteit van communicatie- en outreachende-activiteiten om jongeren te informeren en te betrekken bij het jongerenwerk.

Tijdspad en planning

De subsidiering van beleidsregel 8 (jongerenwerk) inclusief deze nadere regels verloopt volgens de algemene subsidie verordening Uithoorn 2012 en de gepubliceerde beleidsregels. Binnen de beleidsregels geldt een plafond voor de aanvraag. De uiterste inleverdatum van een aanvraag voor beleidsregel 8 betreft 1 oktober 2024. De planning is om in de tweede week van oktober definitief uitslag te geven aan welke aanvraag de subsidie verleend wordt. Het is mogelijk dat de gemeente bij (redelijk) gelijke geschiktheid vraagt om een presentatie van de aanbieders over hun aanvraag.
De start van de opdracht is per 1 januari 2025. 

Kanttekeningen en risico’s 

De subsidie jongerenwerk kent enkele kanttekeningen en risico’s die enige toelichting vereisen. Deze risico’s worden hieronder nader beschreven. 

Omvang van de opdracht

De opdracht wordt verstrekt middels een subsidieovereenkomst per jaar met de intentie voor 3 jaar, met een jaarlijkse beoordeling en bijstelling van budget door de gemeenteraad. De gemeente is voornemens om 1 januari 2025 als startdatum van de subsidie te hanteren. Gezien de datum rond de jaarwisseling is kan dit extra inzet vragen. De datum is kort op de toekenning van de subsidie. Dit vraagt veel van het personeelsbestand van de aanvrager. Het niet kunnen starten met een volledig team op 1 januari is een risico. Graag zien we beschreven hoe de aanvrager dit risico opvangt.

We werken toe naar een structurele basissubsidie, met een flexibele schil waarbij incidentele (Rijks)middelen worden benut voor uitbreiding op specifieke onderdelen, zoals de kwetsbare wijken of veiligheidsopgaven. Deze basisopdracht richt zich met name op doelgroep 2 en 3 en biedt hiermee zichtbaarheid in de wijk, online en op school. Het ambulant jongerenwerk levert ook een bijdrage aan de jeugdoverlast-aanpak.

Aanvullende inzet op thema’s zoals radicalisering, aanvullende inzet in de kwetsbare wijken of specifieke scholen zijn afhankelijk van incidenteel opgavegericht budget.
Gemeenten kampen voor 2026 met een financiële onzekerheid. Dit geldt ook voor de gemeente Uithoorn. Voor 2026 heeft de gemeente tot op heden nog geen sluitende begroting. Momenteel is er een traject uitgezet binnen de gemeente Uithoorn hoe dit tekort op te vangen. Dit kan in de toekomst consequenties hebben voor de grote van de opdracht vanaf 2026. Hierin zullen we de gesubsidieerde partner zo spoedig mogelijk meenemen. 

Eén contractpartner

Het is onze wens om één subsidiepartner te subsidiëren voor de gehele integrale opdracht. Hiermee willen wij de versnippering en de bijkomende nadelen hiervan tegengaan. De gemeente is zich ervan bewust dat niet iedere jongerenwerk aanbieder het gehele aanbod zelf kan bieden, daarom staan wij open voor inschrijving als samenwerkingsverband, hier zijn diverse vormen in denkbaar.

Voorwaarden voor aanvraag en beoordelingscriteria

Om een goede vergelijking te kunnen maken tussen verschillende aanvragen zijn er een aantal randvoorwaarde waar de aanvraag aan moet voldoen en zullen we de beoordelingscriteria benoemen die meegenomen worden in de beoordeling van de subsidieaanvragen. Gezien het een subsidie betreft zal de beoordeling inhoudelijk plaatsvinden op basis van de kenmerken die beschreven staan in de nadere regels. 

Randvoorwaarde

  • De aanvraag mag maximaal 10 kantjes in A4-formaat beslaan
  • In de aanvraag moet de FTE inzet uitgeschreven worden op niveau en inzet
  • Er moet een duidelijk financieel overzicht toegevoegd zijn voor de budgetten
  • De maatschappelijke effecten zijn opgenomen in de aanvraag
  • De methodieken die ingezet worden zijn beschreven
  • De subsidiepartner beschrijft in zijn plan van aanpak hoe hij zijn activiteiten afstemt op de behoefte per wijk/buurt.
  • Er wordt zoveel als mogelijk aangesloten bij het programma van eisen en de wensen van de gemeenten
  • Bij “gelijke” geschiktheid kan er een presentatie gevraagd worden van de partijen. 

Beoordelingscriteria

Doelstellingen en resultaten:

  • Mate waarin de aanvraag bijdraagt aan de maatschappelijke effecten zoals het ontwikkelen van zelfredzaamheid van jongeren, versterken van sociale cohesie, en voorkomen van criminaliteit, schooluitval, overlast, en radicalisering.

Methodieken en interventies:

  • Gebruik van bewezen effectieve interventies en methodieken.

Bereik en toegankelijkheid:

  • Aantal en diversiteit van de jongeren die worden bereikt, inclusief specifieke aandacht voor kwetsbare groepen zoals meiden, schooljongerenwerk en jongeren met beginnende problematiek.
  • Beschikbaarheid en bereikbaarheid van jongerenwerkers, inclusief avonden en weekenden.

Innovatie en flexibiliteit:

  • Mate waarin de subsidiepartner inspeelt op veranderende behoeften van jongeren en flexibel omgaat met inzet van diensturen.

Personeel:

  • De efficiënte inzet van personeel en de geleverde FTE’s
  • Mix van personeel van MBO/HBO en de opleidingsachtergrond
  • Professionalisering vanuit eigen organisatie
  • Multiculturele samenstelling van personeel
  • Prijs/kwaliteit verhouding en overhead

Programma van eisen

Inleiding

De gemeente Uithoorn wil dat het jongerenwerk in de gemeente beter aansluit op de huidige tijdgeest en de beschikbare financiële kaders. Dit betekent dat het aanbod gericht moet zijn op de behoeften van jongeren. Jongerenwerkers hebben een belangrijke signalerende functie, en nauwe samenwerking met partners in de gemeente is essentieel.

Algemene eisen

  1. De opdrachtgever subsidieert één subsidiepartner voor een periode van een jaar, met een jaarlijkse mogelijkheid tot verlenging. De startdatum van de overeenkomst is 1 januari 2025.
  2. Van 1 januari 2025 tot 1 maart 2025 geldt een overgangsperiode, waarin de implementatie wordt uitgevoerd.
  3. De subsidiepartner kan indien gewenst onderaannemers inzetten en samenwerkingen aangaan, maar blijft integraal verantwoordelijk voor de uitvoering van de opdracht.
  4. De subsidiepartner past bewezen effectieve interventies en methodieken toe, zoals beschreven op de website van het NJI.
  5. In geval van een combinant of beroep op derden, dient de subsidiepartner een ondertekende intentieverklaring tussen de betrokken partners en hoofdinschrijver in te dienen.

Omvang en scope van de opdracht

6. De subsidiepartner voorkomt met zijn activiteiten de ontwikkeling van risicovol gedrag bij jongeren in de leeftijdscategorie van 10 tot 23 jaar in Uithoorn.
7. De inzet van de subsidiepartner draagt bij aan:

  • Ontwikkeling van zelfredzaamheid van de jongeren (eigen kracht en burgerkracht).
  • Versteviging van sociale cohesie in een buurt.
  • Voorkomen van o.a. criminaliteit, schooluitval, overlast en radicalisering en jonge aanwas.
  • Algemene preventie voor de brede doelgroep (collectief)
  • Het bereiken van jongeren die door risicofactoren kans hebben op een minder positieve ontwikkeling;
  • Het waar nodig langdurig volgen en in beeld houden van deze jongeren;
  • Het waar nodig begrenzen en normeren van deze jongeren;
  • Het helpen van deze jongeren bij een positieve ontwikkeling.
  • Met extra aandacht voor kwetsbare meiden

Met een extra taakaccent voor het specialistisch/plus jongerenwerk:

  • Het voorkomen van (zwaar)overlast gevend en/of crimineel gedrag 
  • Het bieden van perspectief aan risicojongeren en jonge aanwas

8.    De opdrachtgever verwacht dat de subsidiepartner zijn activiteiten verdeeld over heel Uithoorn, met extra aandacht voor doelgroep 2 en 3 en de wijken Thamerdal, Zijdelwaard en Legmeer:

  1. Jongeren waarmee het goed gaat, groeien op in een gezonde, veilige en kansrijke omgeving en hebben steun nodig bij het volwassen worden.
  2. Jongeren met lichte problematiek ervaren beginnende of lichte problemen op één of meer leefgebieden.
  3. Jongeren met zwaardere problematiek ervaren significante problemen op één of meer leefgebieden, zoals dak- en thuisloosheid, een licht verstandelijke beperking of voortijdig schoolverlaten.

De leefwereld van de jongere staat centraal

9.      De subsidiepartner organiseert activiteiten op momenten en manieren dat jongeren effectief en efficiënt bereikt worden, dus niet onder schooltijd/kantoortijd, maar juist in de avonduren en
         weekenden en schoolpauzes.
10.    De subsidiepartner beschrijft in zijn plan van aanpak hoe hij zijn activiteiten afstemt op de behoefte per wijk/buurt.
11.    Zorgwekkende signalen worden gedeeld met de opdrachtgever en ketenpartners tijdens jeugd overleggen of voortgangsgesprekken.
12.    De subsidiepartner heeft een uitvalsbasis voor fysieke ontmoetingen die aansluit bij de behoefte van de Uithoornse jongeren. Dit kan in-/of nabij scholen, wijkcentra of eigen locatie zijn. Vanaf 2027
         wordt is er rekening gehouden met een ruimte in het nog nieuw te bouwen kindcentrum De Vuurvogel.
13.    Ouders/verzorgers en andere gezinsleden worden betrokken bij de begeleiding van risicogedrag vertonende jongeren.

Grenzen stellen en kansen bieden

14.    De subsidiepartner zorgt ervoor dat het jongerenwerk grenzen stelt en kansen biedt, en stimuleert jongeren om een positieve impact te maken op leeftijdsgenoten.
15.    De subsidiepartner treedt normerend op bij overlastsituaties en werkt samen met politie, toezicht en handhaving binnen de jeugdoverlast-aanpak om overlast door jongeren te beperken.

Samenwerking met ketenpartners

16.    De subsidiepartner werkt proactief samen met ketenpartners en informeert de opdrachtgever tijdig over eventuele knelpunten.
17.    De subsidiepartner onderhoudt regelmatig contact met zorg- en welzijnsorganisaties, arbeidsmarktbemiddeling, sport- en cultuurverenigingen, en onderwijsinstellingen.

Incidenten en calamiteiten

18.    De subsidiepartner handelt incidenten af volgens eigen protocollen en afspraken met eventuele inspecties.
19.    Incidenten worden gemeld bij de regisseur zorg en veiligheid van de gemeente als deze voldoen aan de incidentomschrijving uit het incidentenprotocol van de gemeente Uithoorn.

Personeel

20.    De subsidiepartner zorgt voor continuïteit in de uitvoering en garandeert een volledige bezetting van personeel, inclusief vervanging bij ziekte, verlof of uitdiensttreding.
21.    Alle medewerkers moeten beschikken over een geldige VOG (maximaal 2 jaar oud).
22.    Subsidiepartner zet een mix tussen MBO en HBO geschoold personeel in.
23.    Minstens 50% van het personeel beschikt over een passende opleiding binnen het sociaal domein. 
24.    Er is een jongerenwerker met een plus/specialistisch accent die minsten HBO sociaal werk of een soortgelijke opleiding is geschoold. 

Communicatie

25.    Alle communicatie tussen subsidiepartner en opdrachtgever vindt plaats in de Nederlandse taal. Medewerkers van de subsidiepartner beheersen de Nederlandse taal op minimaal B1-niveau.
26.    De subsidiepartner stelt een accounthouder aan als eerste aanspreekpunt voor de opdrachtgever gedurende de gehele uitvoering van de opdracht.
27.    Gegevensuitwisseling met ketenpartners voldoet aan de AVG-wetgeving.

Meldingen en klachten

28.    De subsidiepartner beschikt over een vastgestelde klachtenregeling, die openbaar beschikbaar is en voldoet aan het besluit digitale toegankelijkheid overheid.
29.    De subsidiepartner rapporteert over alle ontvangen klachten en de afhandeling ervan.

Analyses en rapportages

30.    De opdrachtgever voert tenminste tweemaal per jaar voortgangsgesprekken met de subsidiepartner.
31.    De subsidiepartner levert minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan de voortgangsgesprekken een effectrapportage aan.